Uit het clubleven (70)
In deze rubriek staan spellen, anekdotes en verhalen uit het clubleven. Hebt u ook een interessant, grappig of spannend verhaal? Stuur het naar impredactie@gmail.com.
Vraag vooraf
Je zit zuid en dit is je hand:
A H V 2 A V 7 4 – 9 8 7 5 2
Het is Oost/allen. Oost opent 1. Nu jij. Wat wordt het? Daarna biedt west 1. Je partner past. Oost biedt nu 3. Het moet niet gekker worden! Jij past. Dan wordt het toch nog gekker, want west biedt 5! Noord en oost passen. Pas jij ook?
Biedsysteem OK, maar de kaarten werken niet mee
Ik stelde in de vorige aflevering vast dat het biedsysteem van Geurt en mij in orde was. Dat is geen garantie voor succes. Soms krijg je een hand met grote beloften en eindigt het spel toch in een drama. Dat kan zeer grote vormen aannemen. Hoe erg? Lees snel verder!
Ik raap als zuid deze hand op (O/Allen):
A H V 2 A V 7 4 – 9 8 7 5 2
Oost opent 1. Een doublet belooft nu tolerantie voor de overige kleuren met zeker een driekaart en voldoende punten met een verdeelde hand of een sterke hand met één kleur. Dat staat in ons systeem. Maar ik ga hier toch echt niet op passen, ook al mis ik een niet geboden kleur. Ik doubleer. Als Geurt biedt zien we wel weer verder.
Het hele biedverloop vermeld ik hier met uitroeptekens waar nodig:
West
N.N.
Noord
Geurt
Oost
N.N.
Zuid
Rinus
Toelichting: west krijgt het voor elkaar om na mijn doublet – en terwijl ik alle tophonneurs in die kleur heb – 1 te bieden. Daarna komt oost met 3 aanzakken. Ik heb nu een unieke hand: 100% Bomhofcompensatie* ofwel 0 kaarten in een eigen kleur. Maar west heeft een antwoord op de vraag waar de zitten: bij haar. En ze heeft er veel. Dat neemt allemaal niet weg dat oost en heeft; Geurt zal toch wel wat ruiten hebben? Bovendien heb ik AV achter de H van oost en de hoogste drie ! Ik heb een easy doublet, door allen aan tafel opgevat als straf. Oost vindt het nodig om te redoubleren, de slagroom op dit biedverloop. Vroeger speelde ik wel een kaartspelletje met de naam kraken. Ik ken de spelregels niet meer, maar daar kon je eerst kraken, de tegenpartij kon dan re-kraken en de kraker mocht dan nog superkraken. Met elke kraak ging de inzet een keer over de kop. Als bridge de mogelijkheid zou kennen zou ik nu superdoubleren. Ik zou wel eerst gaan staan (liefst op de stoel) om mijn intenties maximaal te verhelderen.
Geurt komt uit met 3 en ik geef u meteen het hele spel.
O/Allen
W
N
O
Z
B 7 6 3
–
A V 9 8 7 6 5 3
10
10 8 5 4
B 10 3 2
10 4
6 4 3
9
H 9 8 6 5
H B 2
A H V B
A H V 2
A V 7 4
–
9 8 7 5 2
Uitkomst genomen met het aas, kleine in de hand getroefd, kleine naar de H op tafel, kleine terug en de van Geurt zijn nu al op. De leider geeft 1 slag in af en de nabespreking begint onmiddellijk met de vaststelling dat ik niet had moeten doubleren. Gelukkig dringt de tijd: we moeten nog 2 spellen.
Na afloop gaat de nabespreking verder. Oost – een oude partner van me – vindt het nodig om op te merken dat hij zeker wist dat de leider het contract zou maken, Daarom redoubleerde hij! Mijn middelvinger is nu te kort. Wij scoorden 0%. Want 6C – eenmaal gespeeld – scoort voor NZ -1370. 5 red +1 = -1400. Vandaar. Er was ook nog een watje die 5 niet doubleerde en er zaten er een paar in 3SA met overslagen. Horror.
*Bomhofcompensatie: een theorie die ervan uitgaat dat je met minder punten kunt bieden als je lengte hebt in de openingskleur van de tegenstander. Bijvoorbeeld omdat je partner aftroevers in die kleur kan maken. In dit voorbeeld hebben OW in 3 keer alleen niet geboden en daar heb ik er niet één van: dus heb ik 100% compensatie. Uniek? Ik denk van wel.