Vanderbilt 2
In Kentucky verliest het team Cayne (Verbeek-Molenaar en Van Prooijen-Drijver) In de kwartfinale nipt van Bathurst en zet Goodman (Muller-De Wijs) Rombaut aan de kant. In ben inmiddels overgeschakeld op de Amerikaanse tijd, laat naar bed en helaas ook vroeg eruit en zie met vermoeide ogen dat Bauke en Simon het niet redden tegen Nickell in de halve finale. Slopend zo’n National.
Muller-De Wijs treuren maar even, want in het afsluitende viertallentoernooi blijven ze iedereen (ruim) voor.
In de eerste paar ronden van de Vanderbilt speelt iedereen met verschillende spellen. De tafels staan dicht op elkaar en zo kun je de discussie aan de tafel naast je goed volgen. Daarom zijn er andere sets spellen per wedstrijd. In de halve finale, meer plek blijkbaar, speelt iedereen dezelfde potjes en hebben we meer vergelijk. In de ronde van de laatste vier speelt Goodman tegen Nickell en Zwitserland kruist de degens met Bathurst.
Brink-Drijver spelen niet het beste toernooi uit hun carrière. Zo gaan ze in een set twee keer voor 1100 en zijn er meer zaken die niet soepel gaan. Op het volgende spel zit Sjoert Brink te zwoegen in 3SA:
N/NZ
W
N
O
Z
B 7 6 3 2
8 5 4
A 9 7 3
B
A 5
V B 2
10 6 5 4 2
H 9 6
8 4
10 6 3
V 8
A V 10 5 4 3
H V 10 9
A H 9 7
H B
8 7 2
Brink speelt 3SA na een 1SA opening en krijgt schoppen uit voor zijn tien. Een tweede schoppen is voor het aas en met acht slagen in de tas is ruiten naar de heer een goede optie. Zit het aas rechts dan kun je aan het volgende spel beginnen en als links het aas pakt, speel je later een tweede ruiten, hopelijk voor rechts.
Voor dat laatste plan is het niet ongunstig als de tegenspelers nooit klaveren spelen. Mike Passel in de andere halve finale start ook schoppen en zuid wint in de hand en speelt H. Passel neemt en speelt harten. Een tweede ruiten is voor oost en het spel is over.
Ook Greco, schoppen uit, schoppen naar het aas en ruiten naar de heer speelt harten. Doek. Multon voor de Zwitsers heeft 3 geopend en zo is noord leider geworden in 3SA. De schoppenstart is voor 9 en B na neemt Zimmermann meteen met het aas om klaveren te spelen. De leider legt klein in noord en dat is ook einde spel. Zou Zimmermann B gedoken hebben, dan komt oost aan slag en kan de leider later een tweede ruiten spelen. Zolang hij B maar duikt, is er geen gevaar.
Dan Sjoert, nadat hij ruiten naar de heer speelt, krijgt hij B na. Duiken is goed, maar alleen met AV10 in zessen bij oost. En met die hand open je toch 3 niet tegen wel in de tweede hand? Je raadt het al, Brink gaat op met de heer in de hoop dat de kleur blokt, maar Bathurst casht zes klaveren en Brink is drie down. Zwitserland verliest er 14 en uiteindelijk ook ruim de wedstrijd.
In het vierde kwart het volgende spel:
Z/-
W
N
O
Z
A H 10
H 10 9 8 6
8 3
10 3 2
B 5 2
A V 5 3
H V 9 7
B 5
8 3
B
B 10 6 5 4
V 9 8 6 4
V 9 7 6 4
7 4 2
A 2
A H 7
Zoals bekend was vroeger alles beter. Ik mijmer over 1974 toen we met aanvallend voetbal de wereld veroverden en alleen door een dwaling van de scheidsrechter de cup misten. Aanvallen werd het kenmerk van de Nederlandse sport. Het spel was overzichtelijk en als je al een keer een slag cadeau gaf door onder een heer te starten, werd daar niemand boos over.
Het eindeloze gepiel naar elkaar op het middenveld, wachten tot er iemand uit de pas loopt, is niet om aan te zien. Alle risico wordt uitgesloten. Tegenwoordig is het verboden onder een heer te starten.
Aan drie van de vier tafels in de halve finale speelt zuid 4. Muller-De Wijs spelen tegen Levin-Weinstein. Simon opent de zuidhand met 1 en Bauke springt naar de manche. Niet dat de twee geen mooie conventies spelen, maar de zuidhand is gelimiteerd en slem nagenoeg onmogelijk. Muller wil zo weinig mogelijk info wegegeven en neemt een klein risico dat 3SA niet een betere manche is dan 4.
De Wijs krijgt klaveren uit en neemt de eerste slag en speelt nog twee keer klaveren, de laatste getroefd in de dummy. Daarna volgt een ruiten naar het aas en een kleine troef. Nadat west de tien speelt, wint B de vijfde slag voor de leider. Zuid gaat door met troef en neemt een paar slagen later de hartensnit en scoort een overslag.
Aan de andere tafel zit Hampson ook in 4 en het begin is hetzelfde als bij De Wijs. In slag vier speelt de Amerikaan echter B uit de dummy en verliest zo drie troefslagen, maar omdat ook hier H goed zit, kost dat maar een imp.
Klaveren uit is een kenmerk van deze tijd. Voorzichtig aan, dan geven we niks weg. Gelukkig is er een speler die daar niet aan toegeeft. Bas Drijver start met 10 en hoewel de leider snijdt en meteen troef (naar 9) speelt, is hij kansloos. Bas neemt het troefnaspel en forceert A door de heer na te spelen. Brink troeft die slag en met de twee hoge troeven buiten is zuid een down.
Ook als zuid na V een kleine ruiten naar de hand speelt en schoppen op, gaat het mis. West neemt voor en geeft oost een aftroever. Zuid kan hierna wel een klaveren troeven, maar niet de derde ruiten spelen, omdat west dan troeft.
Drijver wint 10 imps voor zijn team als Klukowski aan de andere kant als noord in 3SA zit. Na ruiten voor de 9 en schoppen naar de vrouw duikt de Pool 10 en speelt later een schopje naar de hand om zo 10 onschadelijk te maken.
Met B uit, gaat noord down. West moet wel overnemen en met twee entrees is dat te vinden en kan hij de kleur opzetten en van genieten. Met zuid als leider in 3SA is H de downstart. Maar waarschijnlijk riskeer je dan een schorsing.
Naschrift redactie:
Peter schrijft een wekelijkse column op zijn eigen bridge-website www.drienbridge.nl. Neem daar vooral eens een kijkje. Er staat ook een link naar de site op onze Externe links pagina.