
Beker
Dit weekend zijn de spelers van de twee Onstein teams actief in de finale van de Meesterklasse. Geen strijd tussen Ajax en PSV, de club uit Vorden wordt (weer) landskampioen. Afgelopen weekend waren alle twaalf spelers actief bij de bekerwedstrijd tegen de Zeerob.
Een ongelijke strijd zul je zeggen. En dat klopte ook. De Groningers kwamen niet in de problemen en wonnen op hun sloffen. Waar de landskampioenen in spé keurig achter het ontbreken van een aas en troefvrouw kwamen, bleven de noordelingen verstoken van die biedinstrumenten, en restte er niets anders dan een joviale jump naar slem.
Met de troeven 2-2 bekommerde niemand zich over troefvrouw, maar verdween wel een volle boodschappentas aan impen naar het noorden. Mooi spelen ontdekte ik maar één keer en dat was van een Onsteiner:
Z/-
W
N
O
Z
H V 10 6 5 4
7
B 5 3
5 4 3
A
A V 9 8
H 10 8
A H V 10 9
9 3 2
H B 5 3
A 7 4
B 8 7
B 8 7
10 6 4 2
V 9 6 2
6 2
Tim van de Paverd doubleert de zwakke twee in schoppen van west en Oscar Nijssen vlucht via een 2SA sohl. Noord heeft daar geen boodschap aan natuurlijk en forceert met 3.
Dan maar 4 dat een heikele affaire is met het vervelende troefbezit van oost. Nijssen wint de schoppenstart en begint maar eens met een klein troefje onder het aas. Oost stapt op met
B en speelt een tweede ronde schoppen.
De leider troeft in de dummy en rekening houdend met een 4-1 zitsel in troef speelt hij eerst een kleine ruiten naar de hand. Toen dat lukte volgde harten naar het aas en begon zuid aan de rits klaveren.
Meer tegenslag dan een 4-1 zitsel kan het contract niet hebben, dus met de klaveren rond was oost machteloos. Meer dan de hoge troef en A maakt hij niet.
Oscar was de enige die tien slagen bij elkaar harkte. Van de andere drie leiders in 4 stopte de teller bij 8 (twee keer) en 9. Avonturen in 3SA en 5
waren evenmin succesvol. Twee downslagen ook daar.
Het allerlaatste spel was nog een biedoefening. Met A V 10 5 4
A H 10 7 2
A 8 2
– tegenover
H 9 8
V 9
H V 6 5 3
8 4 3. Zelfs als je niet op een 3
opening wordt getrakteerd, is het een helse klus alle plaatjes in beeld te krijgen. Ons lukte dat in ieder geval niet, na wat aftasten volgde eenzelfde lompe jump naar slem als eerder.
Met alles rond zijn er vijftien slagen. Zitten de schoppen 4-1 dan kun je door de tussenkaarten de kleur aan, maar als de ruiten 4-1 zitten, dan verlies je in 7 een troefslag. Dat laatste overkwam Guy en Thibo. Hun 7
min -1 stak schril af tegen vijf keer 6
met een up.
Een andere biedoefening was het volgende spel:
N/Allen
W
N
O
Z
9 6 3
7 5 4 3 2
V 6
7 6 2
–
H 8
A H 9 8 7 5 2
A B 10 3
A H V 2
V 10 9 6
B 4
9 8 4
B 10 8 7 5 4
A B
10 3
H V 5
Na de 1 opening van noord doubleert oost en kon ik weinig anders dan 1
verzinnen. Redoublet met een zeskaart lijkt nergens op. Het leidde in elk geval tot de eerste geruime denkpauze aan de overkant.
We spelen 2 in deze situatie als beide lage kleuren, zonder garantie over de lengte. Soms handig, maar hier zeker niet. Steenbakkers kiest uiteindelijk voor 3
.
Met de verwachte korte schoppen aan de overkant, rechts heeft gedubbeld, links gezwegen en ik heb er zes, is mijn hand niet slechter geworden. Maar meer dan 3SA kan ik niet. Meer bieden zou meer op de denkpauze gebaseerd zijn, dan op de kaarten.
Na 3SA verwacht je drie vlotte passen, maar de overkant duikt voor de tweede keer in de denktank. Dit keer duurt het langer, maar na een tijdje haalt hij de schouders op en legt een groene neer.
Aan veel tafels hetzelfde biedverloop en vijf keer is 3SA het eindstation en alleen Evert Benthem en Ad van ’t Hoenderdal vinden de ruitenkleur, maar stoppen in de manche.
De noordhand is zonder gereedschap niet fijn om te bieden. Elke opening, herbieding en eventueel derde bod is onbevredigend. Goede raad is duur.
Naschrift redactie:
Peter schrijft een wekelijkse column op zijn eigen bridge-website www.drienbridge.nl. Neem daar vooral eens een kijkje. Er staat ook een link naar de site op onze Externe links pagina.