De 4-3 fit

Daar ik tegenwoordig de tijd in ledigheid doorbreng, slechts onderbroken door een vluggertje (schaken hè) en een incidentele Step, is de clubavond de hoofdleverancier van spellen geworden. De edelachtbare jennen omdat hij het systeem niet weet, of een simpele niet gelijktijdige dubbele dwang mist, worden de krenten in de pap.

Toch kan de man wel een potje kaarten. Het maakt nauwelijks uit met wie hij speelt op de club, de ereplaatsen stromen binnen. Afgelopen keer met de nieuwjaar drive kon hij oefenen met het spelen in de 4-3 fit.

Ik open de noordhand met 2. De voornaamste reden was dat ik een spel eerder mijn hand ook met 2 opende. Toen om een 24-25 sans te vertellen. De hoop dat op spel drie een simpele zwakke twee ook met 2 kon worden verteld, maakt 2 nu het beste. 

De noordhand is sowieso lastig te vertellen. Begin je met 1 dan heb je zonder speciaal gereedschap moeite je hand over de bühne te krijgen. Als je al een tweede kans krijgt, omdat drie keer pas een reële mogelijkheid is.

Niet dat het na 2 veel beter gaat. Partner alerteert en antwoordt 2. Mijn herbieding is 3 en dat zadelt zuid met een volgend probleem op. Is een major nu een echte kleur, of slechts waarden voor 3SA? Niemand heeft een clou.

Het toont zijn vernuft dat hij voor 3 kiest en niet 3. De betere kleur leidt tot 4 en dat is compleet kansloos door het 5-1 zitsel. Niet dat 4, wat ik voorstel, veel beter is. Maar het heeft kansen.  
West begint met H en switcht na het zien van de dummy naar schoppen. De poging de entrees aan te vallen om de ruitenkleur te isoleren faalt. Verhoeven neemt en speelt twee hoge troeven. Dan komen drie rondjes ruiten, de laatste getroefd en overgetroefd door west.

Schoppen helpt nu niet. Oost kan H wel troeven, maar er ligt nog een entree in de vorm van een troefje in de dummy. Ook klaveren helpt niet. Zuid troeft en speelt een hoge ruiten en gooit zijn laatste klaveren. Oost kan troeven, maar zuid claimt de rest.

Het juiste plan voor de verdediging is klaveren na in slag twee. De leider kan troeven, twee keer troef en drie keer ruiten spelen, maar de verdediging heeft de controle. West troeft over, speelt weer klaveren en nadat oost de laatste troef van zuid ophaalt, volgen de vrije klaveren.

4 Gemaakt topt de lijst. De meeste paren eindigen in een ruitendeelscore, zelfs 1 +5 en twee duo’s vinden de route naar 5.

Het derde spel had ik ook met 2 kunnen openen. Het oog voor de schoonheid verliest het echter van de realiteit. Met 6-5 in de puntige kleuren en een opening vond ik dat net te gek.

Een paar ronden later treffen we de vaste klanten Veri en Bart:

Na de 3 opening van Bart doubleer ik en Matthieu (zuid) biedt 3. Hoewel een slem ver weg is, ga ik verder met 4. Of hij het opvat als choice of games, of slempoging in harten maakt me niet zoveel uit.

Veri doubleert 4 en de pas van zuid volgt sneller dan het geluid. Ik vermoed dat hij een minimum heeft. 4 Dan maar weer in de wetenschap dat de kans op een 4-3 fit groot is.

Door het doublet op 4 komt west met 8 en wint oost de slag met A. In de tweede ronde volgt V. Opnieuw een poging de entrees bij de lange ruitenkleur aan te vallen. Zuid wint met A en speelt A en B.

Oost duikt en nadat 10 te zien is bij west in de tweede ronde troef, schakelt zuid over op de ruitenkleur. De derde ruiten volgt zonder ongelukken en de vierde ruiten troeft oost voor met H.

Een kleine harten helpt niet. Zuid troeft over en troeft een klaveren in noord om ook ronde vijf van de ruiten te spelen. Als oost die niet troeft met H volgt zelfs een overslag als zuid een schoppen opruimt en de derde schoppen troeft.

Na H speelt oost troef en maakt nog een schoppenslag aan het eind. Een tweede +420 in de 4-3 fit!

Na afloop analyseren we nog wat. Veri was bang dat hij een klaveren hoog zou maken in zuid als hij in slag twee klaveren zou spelen. Dat is het geval als west H108-zesde heeft. Maar ook klaveren na helpt nu niet. De leider troeft in de dummy en speelt B. Zo houdt hij controle over de klaveren met A. Een tricky speelwijze, maar ik ben vol van vertrouwen dat zuid die gevonden zou hebben. Het is prettig dat 10 in de doubleton zit.

Ook de schoppenaanval in slag een is niet succesvol. Zuid wint en speelt A en B. Vervolgens komen er vier rondjes ruiten. Troeft oost met H dan heeft zuid er tien, maar ook als oost klein troeft, zegeviert de leider. Hij troeft over en speelt schoppen naar de heer. Op de vijfde ruiten, troeven helpt niet door oost, verdwijnt een schoppen en zuid maakt V als tiende slag door een schoppen te troeven in zijn hand. 

Elke maand een thema zou leuk zijn.  Maar meestal zijn het de gooi- en smijtspellen die het langst bijblijven.

Naschrift redactie:

Peter schrijft een wekelijkse column op zijn eigen bridge-website www.drienbridge.nl. Neem daar vooral eens een kijkje. Er staat ook een link naar de site op onze Externe links pagina.