Denk mee over slag twee
Het is niet het meest succesvolle seizoen dat Geon Steenbakkers en ik tot dit moment kennen. Degradatie uit de MK is ons dan wel niet vreemd, maar nooit leuk. Wat erger is dat het enthousiasme om met het systeem te oefenen ontbreekt. Onzekerheid sluipt erin en daarmee ook goed spel. Het geheugen laat me ook in de steek in biedverlopen die zeldzaam zijn. Drastische maatregelen zijn nodig.
Gelukkig is dat geen hindernisbaan op de legerplaats, of zelfs boslopen voor het krieken van de dag. Nee, niets van dat alles, we schrappen een deel van het boek, dat lucht op, en gaan oefenen op de club.
Bij ’t Onstein is het veld weinig homogeen. De wereldtop is present, maar ook lokale Achterhoekers. Om het herstel te bespoedigen hopen we vooral op medewerking van de tweede groep. Het begin is matig als we de voorzitter treffen die zich steeds weet te koppelen aan een topper.
Ze bieden na een 2 opening naar 6 en ik zit met AB10xxx, xx, H10x, HB en vind de ruitenstart niet. -11 In de butler is geen fijn begin.
Het tegenspel gaat later wel lekker. Alhoewel we op het volgende spel een slagje laten lopen:
O/OW
W
N
O
Z
9 8 5 2
8 2
B 10
V 10 9 8 4
10
A V 7 6 5 4
H 5 4
A B 7
A H V B 7 3
H B 10 3
6
H 5
6 4
9
A V 9 8 7 3 2
6 3 2
Na de 1 opening van oost maken we wat lawaai in ruiten, maar na het steuntje van west gaat oost nog naar 5 na 5 van noord.
Tevreden van de lift, laten we het ongedoubleerd lopen en cashen onze drie azen. Geen hartenruff, hoor ik je denken. Nee, gemist. Met een down zijn we content, maar zoals later blijkt verliezen we 5 imps.
5 Wordt een aantal keren bereikt en gedubbeld min twee is par. Er zijn twee paren die in ruiten mogen spelen als NZ. Een keer gaat 5 met een up en een keer wordt 6 gemaakt.
Het zijn de oude en nieuwe landskampioenen Tim Verbeek (noord) en Danny Molenaar die slem uitbieden.
Na de 1 opening volgt zuid 4 en noord haalt Optional Blackwood van stal na 4 van west. Als zuid een keycard met een maximum toont, biedt Tim optimistisch klein slem.
Schoppen uit en beleefd troef na zodat de leider net de hartenkleur kan opzetten. Harten naar het aas, harten getroefd. Ruiten naar de heer en nog een harten getroefd. Dan met een schoppenaftroever naar boven voor de laatste hartenaftroever. Er liggen twee hoge hartjes en daar kunnen de vieze klaveren op weg.
Het lijkt een spel uit de rubriek van Marcel Winkel in IMP. Zijn stukjes genaamd “Denk mee over slag twee” laten zien dat je soms de tijd moet nemen.
Je kunt redeneren dat met een tweekaart harten H altijd wel binnen komt, maar met een singleton in zuid moet je tijdig een aanval doen op de entrees in de dummy. H is wel erg ruig, maar een tweede schoppen doet het ook. Zuid krijgt prematuur een entree in noord en het lukt nu wel om de harten vrij te krijgen, maar je kan ze niet meer benutten.
Het regent slems deze avond en wild zijn bijna alle spellen. Leed en natte zakdoeken zijn bij het volgende spel volop aanwezig:
O/OW
W
N
O
Z
A H 5 2
A 10
H
A V 10 9 8 7
V B 10 9 8 4
H B 9 8 7 6
6
–
7 6 3
5 4 2
A 10 9 8 5 4 2
–
–
V 3
V B 7 3
H B 6 5 4 3 2
Na een ruiten preëmpt, 2 door een oude junior en 3 door een jonge senior was zuid niet helemaal naar Vorden gereden om te passen met een zevenkaart. Het 3 of 4 bod stemde west zeer tevreden en als noord de kaarten dichtvouwt en naar de bar vertrekt, schrijven OW 800 en 1100.
Aan onze tafel begon oost met pas en na mijn 3 opening doubleerde west om na 3 van oost 3SA te bieden. Steenbakkers start met V en west neemt en speelt 10. Ik win met de boer en speel V die west goed duikt. Het scheelt een downslag.
Met Erik-Jan Krijgsman en Kamiel Cornelissen NZ en Matthieu Verhoeven (west) en Berend van den Bos in de andere twee stoelen begint de Nederlands kampioen met 2, onder andere een zwakke twee in . Zuid volgt 3 en Verhoeven is blij.
Noord gooit echter de reddingsboei uit en na zijn redoublet biedt zuid zijn tweede kleur: 3. Verhoeven doubleert opnieuw en iedereen is tevreden.
H wint de eerste slag en de eerste impuls is troefaas en troef na om eventuele schoppenaftroevers te voorkomen. “Wat doe je in slag twee”, helpt, want je denkt een paar seconden langer na. Na twee rondjes troef is de dummy hoog op je twee schoppenslagen na en 3 gemaakt.
Er zijn slechts zes kaarten goed in slag twee die 3 om zeep helpen. En dat is een van de klaveren. Zuid kan wel troeven, maar wordt dan kort. Nadat de leider een schoppen afgooit, troeft oost.
Troef na is een snelle een down, maar ook de langzamere route, oost speelt schoppen is genoeg voor +100. Zuid troeft de schoppen en troeft een ruiten in de dummy. Een tweede schoppenaftroever volgt, maar als er geen plaatje valt, ontkomt zuid niet aan het verlies van de drie tophonneurs van west.
Een down is een koopje, in elk geval beter dan modderen in een gedubbelde klaverendeelscore.
We krijgen nog een cadeautje van 21 imps aan het eind en worden keurig tweede. Een zwaluw maakt nog geen lente, maar de handschoenen kunnen uit.
Naschrift redactie:
Peter schrijft een wekelijkse column op zijn eigen bridge-website www.drienbridge.nl. Neem daar vooral eens een kijkje. Er staat ook een link naar de site op onze Externe links pagina.
Waarom worden bij bridge zo vaak o-w of n-z verwisseld? (zoals ook hier). Bij schaakverslagen in New in Chess verwisselen ze ook vaak black en white.
Wat bedoel je precies? Soms wordt een hand gedraaid weergegeven, omdat in spelbesprekingen de leider vaak op de zuidpositie wordt geplaatst – dat leest “natuurlijker” dan noord.