Uit het clubleven (26)

In deze rubriek staan spellen, anekdotes en verhalen uit het clubleven. Hebt u ook een interessant, grappig of spannend verhaal? Stuur het naar impredactie@gmail.com.

Vraag vooraf

Eerste spel van de middag, je zit (gedraaid) zuid en je krijgt dit in handen:

H 8 H V 8 7 6 5 3 10 9 8 5 –

Het is Oost / OW. Helaas gaat jouw plan om pre-emptief te openen niet door, want Oost legt 2 – Muiderberg – op tafel. Dat is lastig, maar geen nood: jij biedt 4. West komt erin met 5 en noord doubleert. Oost past en nu mag jij weer. Heb je al spijt van je 4? Wat bied je?

No guts, no glory!

Mijn broer Herman en ik bridgen op woensdagmiddag bij B.O.C. in Haarlem. Deze middagclub groeit als kool, teken dat de gemiddelde leeftijd van bridgend Nederland verder vordert. Bejaarden (tegenwoordig zijn dat senioren) willen immers op tijd naar bed. Voor ons geldt dat niet zo, maar wij bridgen 2 avonden per week en je wil ook wel eens thuis zijn.  Dus doen we op woensdagmiddag mee. De A – lijn is van behoorlijk hoog niveau en wordt geregeerd door Cees (Klesser). Hij is 95 jaar en heeft nog niets van zijn scherpte verloren. Maar ook veel anderen spelen niet om de tijd door te komen, maar om te winnen.

Op 12 oktober is het op het eerste spel al raak. Ik raap (gedraaid) als zuid de volgende hand op:

H 8 H V 8 7 6 5 3 10 9 8 5 –

Oost heeft gedeeld, OW kwetsbaar. Oost opent 2, Muiderberg. De bridgologie  (de wetenschap van het bridgen) hanteert als regel: “geen pre-empt over een pre-empt”. Als je nu biedt ben je sterk. Ik vind dat ik best wel sterk ben. Ik heb 8 punten en 11 lengtepunten (aantal kaarten in en samen). Dat zijn 19 punten en volgens de regel van 20 kom ik slechts 1 punt tekort voor een opening. Geen reden om te mitsen of maren: ik bied direct 4. Hopelijk begrijpt Herman dat ik het meer van de kleur dan van de punten moet hebben. West is de stopregel even kwijt en mikt 5 op tafel. Herman beloont deze actie met een rood kaartje. Oost past en nu mag ik weer. Dat is vervelend. Ik heb 1 hele slag mee te nemen in de verdediging en 0 . Herman rekent vast op meer. 5 2 down is goed voor een top, maar dan moet Herman 3 slagen meenemen. Na enig nadenken besluit ik dat na A B moet komen. Ik bied 5. Nu biedt Herman 6, ik krijg het er benauwd van. Maar een doublet blijft uit.

West komt uit met V. De dummy komt op tafel:

Mooie dummy! En een zeer kansrijk contract! Oost heeft zeker een 4 kaart en is dus kort in . En verder: hij heeft zeker B en A. Dan is er geen ruimte meer voor beide honneurs in , want dat zou hem openingskracht geven. Ik ken oost als een solide bridger, die op de eerste hand geen echt zwakke Muiderberg biedt. Dus heeft hij zeer waarschijnlijk A.

En dat blijkt inderdaad zo te zijn. Het afspel is simpel: de uitkomst neem ik op tafel, ik trek de troeven, ga met naar de hand en zet 10 voor. Een kleine aarzeling in west brengt me niet van de wijs: ik leg op tafel de boer, en Oost blijkt inderdaad de A te hebben.

Het hele spel lag als volgt:

Nabeschouwing

100% voor ons. Het spel is 5 maal gespeeld, 3 maal 4 +2, eenmaal 4 + 1, en eenmaal  6 – 1. Twee leiders namen de beslissing in kennelijk verkeerd. Je ziet ook niet vaak 2 azen in een Muiderberg, dat zal de reden zijn geweest. 5 gedoubleerd zou 2 down zijn gegaan voor +500 en dan was het ook een top geweest. Maar ik vind een gemaakt slem wel zo mooi.